Aujourd’hui tu vas travailler sur les verbes réguliers et particuliers (regelmatige en speciale gevallen) et avoir/être sur Verbuga. Tu t’entraines dans trois séries de dix minutes.
Uiteraard weet je nog dat het j’aime, tu aimes, il aime is en ook je pars, tu pars, elle part. Maar ik kan me inbeelden dat die kennis snel opdroogt. En al zeker die over de Impératif présent, de Indicatif imparfait, de Indicatif passé composé, de Indicatif futur simple en de Conditionnel présent. En hoe zat dat weer met werkwoorden op -CER, -GER, -YER? Wat kwamen die letters van auto en die doffe e weer doen in dit alles?
Voor wie echt nog een opfrissing wil van de regelmatige vervoeging van werkwoorden, kan zeker op Wezooz-academy of Youtube voldoende filmpjes vinden. Een iets minder flashy site, maar wel volledig op jullie maat, is deze of een doorbladerbaar boekje (tot p. 19).
Je kan uiteraard ook in het paarse deel achteraan je schrift kijken.
Je kan er makkelijk per werkwoordstijd je geheugen even opfrissen. Mag ik je aanraden dat minstens voor een paar minuten te doen? Dan zal je minder frustratie ervaren bij de reeksen op Verbuga.
Je weet nog hoe je Verbuga instelt? Net als voor savoir ga je in vier stappen bepalen welke werkwoorden in welke tijden je oefent. Per série stel je dat opnieuw in.
Let op: deze opdracht doe je tien minuten, maar er is GEEN REDEN OM JE TE HAASTEN. Je hoeft geen schermafdrukken te maken voor mij. Noteer bij welk werkwoord en in welke tijd je fouten maakte die je niet had verwacht. Met andere woorden, je noteert die werkwoordsvormen die je vol zelfvertrouwen had ingevuld en die toch plots fout blijken te zijn.
Première série:
- Tijden: Indicatif présent, passé composé, futur simple
- WWn: mentir, prendre, avoir, être // (derde kolom) aimer, rendre, vendre
- au hasard sans soublon
- confirmer
Deuxième série:
- Tijden: Impératif, imparfait, Conditionnel présent
- WWn: avoir, être, dire, dormir // manger, jeter, parler
- au hasard sans soublon
- confirmer
Troisième série:
- Tijden: Indicatif présent, imparfait, futur simple, passé composé
- WWn: avoir, être, prendre, envoyer, partir, savoir // finir, acheter
- au hasard sans soublon
- confirmer
Si tu veux me raconter comment tu as travaillé sur Verbuga, je suis bien curieux… Ce message n’est pas un devoir. C’est seulement si tu as des questions, si tu veux avoir des exercices extra ou si tu veux m’envoyer un message parce que tu aimes envoyer des messages =)